De voorzitter opent de zitting op 29/11/2021 om 21:15.
De voorzitter vraagt of er opmerkingen zijn bij de notulen van de vorige OCMW-raad.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De organieke wet betreffende de OCMW's van 8 juli 1976
Het energiebesluit van 19 november 2010
Het besluit van de Minister van Energie houdende de vaststelling van de tabel op basis waarvan de OCMW's aardgas kunnen toekennen in het kader van deze regeling (deze bedragen liggen hoger dan vorig jaar, omdat de aardgasprijs sterk gestegen is. De hoeveelheid aardgas waarmee de bedragen overeenkomen is dezelfde gebleven.)
De procedure 2021-2022 voor OCMW's die opteren gebruik te maken van het systeem van 'minimale levering via de aardgasbudgetmeter
De principebeslissing van de OCMW-raad dd. 28 juni 2021 m.b.t. de besteding van de middelen van de CREG-fondsen 2021
De Vlaamse regering wil een middel aanreiken om gezinnen die de middelen ontberen om de budgetmeter aardgas op te laden en die dus het risico lopen zonder verwarming te vallen in de winterperiode, te ondersteunen door hen een minimale hoeveelheid aardgas ter beschikking te stellen:
- via periodieke stortingen en opladingen van de budgetmeterkaart bij klassieke budgetmeters
- via periodieke stortingen voor de digitale meters waarbij de budgetmeterfunctionaliteit is geactiveerd
Deze regeling is optioneel voor de OCMW's: zij kunnen beslissen al dan niet in het systeem te stappen. De beslissing om al dan niet in te stappen dient geagendeerd te worden op de OCMW-raad.
Ingeval van toepassing van het systeem dient daarna in elk afzonderlijk geval te worden onderzocht en beslist of een hulpvrager recht heeft op de minimale levering aardgas.
De minimale levering via de aardgasbudgetmeter is van toepassing in de winterperiode die in dit verband gedefinieerd is van 1 november 2021 tot 31 maart 2022.
Het OCMW kent in principe de toekenning van een minimale levering aardgas goed tot het einde van de winterperiode.
Het OCMW dient geval per geval na te gaan in een sociaal onderzoek om te beoordelen of de hulpvraag gegrond is.
Het OCMW kan voorwaarden verbinden aan het ter beschikking stellen van aardgas via de budgetmeterkaart.
De sociale dienst van het OCMW van Merksplas doet volgend voorstel:
Gezien de huidige precaire situatie inzake de hoge energiekosten, worden alle inwoners met een budgetmeter aanklampend gecontacteerd via mail, brief en eventueel nog eens telefonisch. De financiële situatie van de hulpvrager wordt bevraagd. De hulpvrager maakt ook kennis met budgetbeheer, zo wordt de werking ervan uitgelegd en wordt de hulpvrager uitgenodigd om in budgetbeheer te treden. Deze voorwaarde om in budgetbeheer te treden wordt niet opgelegd aan de hulpvrager, deze keuze ligt bij de hulpvrager.
Op de OCMW-raad van 28 juni 2021 werd reeds het volgende beslist m.b.t. de besteding van de middelen CREG-fondsen 2021:
Maatregel 1: tussenkomst in de minimumlevering aardgas
Doelgroep
De doelgroep voor de eerste maatregel bestaat uit mensen die een budgetmeter hebben voor aardgas.
Maatregel
Er wordt voorgesteld om de gelden van het energiefonds gedeeltelijk te gebruiken voor het ten laste nemen van de 30% eigen bijdrage voor de minimumlevering aardgas. De maximumbijdrage wordt vastgelegd op 300 euro per cliënt, per winterperiode.
Op deze manier kan het systeem van de minimumlevering aardgas gepromoot worden. Eventueel kunnen nieuwe mensen die via de LAC worden aangeleverd bereikt en gestimuleerd worden om tot bij het OCMW van Merksplas te komen.
Werkwijze
Er zal een lijst opgevraagd worden met de namen van personen die een budgetmeter voor aardgas hebben in de gemeente Merksplas. Vervolgens zullen deze mensen aangeschreven worden. De mogelijkheid voor de ten laste name zal in de brief uitgelegd staan. Bij de resultaten van de LAC zal bovendien een foldertje gevoegd worden met de uitleg rond de minimumlevering aardgas, wanneer er beslist wordt om een budgetmeter te plaatsen.
Personen met een budgetmeter kunnen een aanvraag indienen bij het OCMW van Merksplas. Vervolgens zal deze aanvraag ter goedkeuring voorgelegd worden bij het BCSD.
Het OCMW stapt in het systeem van de minimale levering via de aardgasbudgetmeter voor de winterperiode van 1 november 2021 tot 31 maart 2022, volgens de modaliteiten zoals bepaald in het Energiebesluit en volgens de modaliteiten voorgesteld door de sociale dienst.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De organieke wet betreffende de OCMW's van 8 juli 1976
Het besluit van de gemeenteraad van 29 november 2021 houdende de goedkeuring van de overdracht van het beheer van het gebouw van de assistentiewoningen aan het OCMW
De bouw van 13 nieuwe assistentiewoningen gelegen te Merksplas, Leopoldstraat 10-12 gaat stilaan de laatste fase in. In het eerste semester van 2022 zullen de deuren openen. Assistentiewoningen zijn er voor senioren die nog volop zelfstandig kunnen wonen, maar toch behoefte hebben aan wat ondersteuning en veiligheid. De assistentiewoningen hebben een aangepaste inrichting en een permanent noodoproepsysteem. De bewoners kunnen terecht bij de woonassistent voor hulp bij administratie, toeleiding tot activiteiten of bijkomende zorg, organisatie bewonersvergadering, ...
De dagprijs van de assistentiewoning hangt af van de grootte van de woning. Hierin zijn naast de basisdienstverlening ook het verbruik van water, gas en elektriciteit inbegrepen.
Voor de naamgeving werd advies gevraagd aan de heemkundige kring Marcblas. Er wordt voorgesteld om de groep van assistentiewoningen in Merksplas de naam 'Buitenhof' te geven, naar analogie van het nabijgelegen WZC 'Binnenhof'
In het huishoudelijk reglement zijn, naast een aantal algemene zaken, o.m. bepalingen opgenomen rond:
- de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een assistentiewoning
- de modaliteiten betreffende de terbeschikkingstelling
- de verblijfsmodaliteiten
- de modaliteiten rond dienstverlening
- ...
De terbeschikkingstellingsovereenkomst is de concrete overeenkomst tussen het OCMW en kandidaat-bewoner die o.m. de toewijzing van een concrete assistentiewoning omvat, de dagprijs, duur en beëindiging van de overeenkomst, ...
Aan de OCMW-raad wordt gevraagd om het ontwerp van huishoudelijk reglement voor de groep van assistentiewoningen alsook het ontwerp van terbeschikkingstellingsovereenkomst voor een assistentiewoning goed te keuren.
Aan de OCMW-raad wordt gevraagd om de dagprijzen per assistentiewoning vast te stellen.
Kandidaat-bewoners kunnen zich vanaf heden inschrijven via het daartoe bestemde aanvraagformulier. Mensen die reeds vroeger hebben laten weten geïnteresseerd te zijn in een eventuele bewoning en dit gemeld hebben op het OCMW, worden proactief door het OCMW gecontacteerd, zodat de inschrijving via het daartoe bestemde aanvraagformulier in orde kan gemaakt worden. Deze inschrijvingen zullen afgesloten worden per 31 januari 2022. Vervolgens wordt op basis van lottrekking de volgorde van de wachtlijst(en) bepaald. De assistentiewoningen zullen worden toegewezen in volgorde van de wachtlijst, m.a.w. de eerste persoon op de wachtlijst heeft de eerste keuze van assistentiewoning.
Na 31 januari 2022 kan er uiteraard ook nog ingeschreven worden, maar dan wordt de volgorde van de wachtlijst verder bepaald door de chronologie van de inschrijving op de wachtlijst (m.a.w. niet meer inbegrepen voor lottrekking).
Een info-avond is voorzien op dinsdag 14 december 2021 in de podiumzaal van GC De MARc/kT.
raadslid Jef Schoofs (Groen) wijst er op dat er een kortere opzegtermijn is en er met dagprijzen gewerkt wordt. Wij verbazen ons echter dat het verbruik van elektriciteit, gas en water inbegrepen is in de huurprijs, terwijl er individuele meters zijn. Wij stellen voor om mensen te laten betalen voor hun verbruik aan de gangbare tarieven om hen te sensibiliseren tot zuinig energieverbruik. Afval wordt dan weer niet collectief afgevoerd, zodat iedereen een individuele container nodig heeft voor papier, GFT en restafval en glasbak;
raadslid Tine van der Vloet (N-VA) vraagt of de erkenning niet moet vermeld worden in alle stukken. De woonassistent zal ter plaatse aanwezig zijn. Waar dan? Je kan altijd 25% van de assistentiewoningen voorbehouden aan jongere gebruikers met beperking. Hier moet men minimaal 55 jaar zijn. Waarom 55 en niet jonger? Waarom zijn huisdieren niet toegelaten tenzij toestemming Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst. Waarom worden kleine huisdieren niet gewoon toegelaten? Gaat daar ook effectief vrijetijdsbesteding doorgaan? Wie gaat de zorg op zich nemen, een essentieel onderdeel van het verhaal? Wat is de timing voor de aanduiding van de zorg;
schepen Leen Kerremans (Leefbaar) onderstreept dat het hier niet gaat om een huurcontract maar om een terbeschikkingstellingsovereenkomst met dagprijzen waarbij nutsvoorzieningen inbegrepen zijn. Zo worden de bewoners ontzorgd. We hebben wel een corrigerende factor ingebouwd voor overmatig verbruik. Het huisvuil is niet inbegrepen. De woonassistent zal twee maal twee uren aanwezig zijn in het kantoor dat voorzien is in de assistentiewoningen. Er zijn twee gemeenschappelijke ruimtes. Activiteiten kunnen eventueel via het Woonzorgcentrum of eigen initiatief of via derde partner. De afwijking voor een bewoner van minimum 55 jaar met een beperking is naar analogie van de bejaardenwoningen. Kleine huisdieren zullen op expliciete vraag toegelaten worden. De aanbesteding voor de zorg zal op een van de volgende vergaderingen van het Vast Bureau opnieuw uitgeschreven worden;
raadslid Tine van der Vloet (N-VA) vraagt of de afwijking voor mensen van 55 jaar met een beperking louter als reserve dient of kunnen die mensen zich gewoon kandidaat stellen. Kan je de leeftijdsvereiste van 55 jaar niet loslaten voor mensen met een beperking;
burgemeester-voorzitter Frank Wilrycx (Leefbaar) onderstreept dat de assistentiewoningen in de eerste plaats voor senioren bedoeld zijn. Er zijn er ook maar dertien;
raadslid Jef Schoofs (Groen) benadrukt dat zijn fractie het betreurt dat EBEM de gelijkvloerse verdieping inpalmt en had daar liever extra woningen of een lokaal dienstencentrum gezien;
raadslid Tine van der Vloet (N-VA) sluit zich aan bij een lokaal dienstencentrum op het gelijkvloers en betreurt het dat de leeftijdsvereiste voor mensen met een beperking niet wordt verlaten;
Art. 1. het voorliggend ontwerp van huishoudelijk reglement voor de groep van assistentiewoningen 'Buitenhof' gelegen te Merksplas, Leopoldstraat 10-12 goed te keuren
Art. 2. het voorliggend ontwerp van terbeschikkingstellingsovereenkomst voor een assistentiewoning gelegen te Merksplas, Leopoldstraat 10-12 goed te keuren.
Art. 3. de dagprijzen per assistentiewoning goed te keuren (zie bijlage)
Art. 4. Kandidaat-bewoners kunnen zich vanaf heden inschrijven via het daartoe bestemde aanvraagformulier. Deze inschrijvingen zullen afgesloten worden per 31 januari 2022. Vervolgens wordt op basis van lottrekking de volgorde van de wachtlijst(en) bepaald. De assistentiewoningen zullen worden toegewezen in volgorde van de wachtlijst, m.a.w. de eerste persoon op de wachtlijst heeft de eerste keuze van assistentiewoning.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De organieke wet betreffende de OCMW's van 8 juli 1976
OCMW Merksplas beschikt over 2 doorgangswoningen (Schuttershofstraat 13 bus 2 en Industrieweg 7) en 1 HUB (Gildestraat 1) zijnde een regionale doorgangswoning (georganiseerd via Welzijnszorg Kempen). Het is wenselijk om de overeenkomsten voor precair gebruik van al deze woningen op elkaar af te stemmen, o.m. door het bezettingsrecht voor de plaatselijke doorgangswoningen gradueel te verhogen vanaf maand 5 zoals dit ook van toepassing is bij de HUB.
raadslid Tine van der Vloet (N-VA) vraagt zich af of er zich daar een probleem stelde. Mogen kleine huisdieren trouwens ook niet toegelaten worden;
burgemeester-voorzitter Frank Wilrycx (Leefbaar) geeft aan dat men inderdaad welwillend zal zijn ten aanzien van kleine huisdieren. Het reglement kan aangepast worden;
schepen Leen Kerremans (Leefbaar) stelt dat sommige mensen deze transitwoning zagen als een vangnet. Men betaalde 375 euro alles inbegrepen. Men was niet geneigd om te zoeken naar een woonst. In de HUB werd de prijs opgetrokken na vijf maanden. Nu zijn de eerste twee weken gratis bij noodopvang, de prijs opgetrokken tot 400 euro en deze wordt na de vijfde maand nog eens verhoogd tot een marktconforme prijs;
Art. 1. het voorliggend ontwerp van overeenkomst voor precair gebruik van een doorgangswoning gelegen te Merksplas, Schuttershofstraat 13 bus 2 goed te keuren;
Art. 2. het voorliggend ontwerp van overeenkomst voor precair gebruik van een doorgangswoning gelegen te Merksplas, Industrieweg 7, goed te keuren.
het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017;
de statuten van IOK;
het besluit van de OCMW-raad van 18 februari 2019 houdende de aanduiding van mevrouw Annie Verheyen, gemeenteraadslid, Steenweg op Turnhout 216, 2330 Merksplas (annieverheyen@scarlet.be 0494/378899) als vertegenwoordiger van het OCMW Merksplas voor alle algemene vergaderingen van IOK gedurende deze legislatuur;
De agenda van de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2021 bevat volgende agendapunten
De statutaire bepalingen inzake de organisatie van de algemene vergadering zijn vervat in artikelen 32 e.v. van de statuten van IOK.
De raad neemt kennis van de toelichtende nota die aan de deelnemers wordt voorgelegd:
Wijziging artikel 2 - Rechtsvorm
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 397 van het Decreet over het Lokaal Bestuur(DLB).
Het huidige ondernemingsrecht in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen maakt niet langer gebruik van de begrippen ‘handelsdaden’ en ‘handelaar’ tussen handels- en burgerlijke vennootschappen. Het Wetboek van koophandel maakte voordien dat onderscheid dat bepalend was voor de bevoegdheid van de rechtbank, het toepasselijk bewijsrecht en het toepassingsgebied van de faillissementswet. Deze verwijzing werd destijds (1922) in de wet opgenomen om aan te duiden dat intercommunales winstbejag niet als doel konden hebben en is sindsdien hernomen in latere wetten en decreten. Er bestaat ondertussen duidelijkheid over het statuut van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden als publiekrechtelijke organen met een sui generis statuut, vooral vanuit fiscaalrechtelijk perspectief.
De verwijzing naar de coöperatieve vennootschap is logisch aangezien deze rechtsvorm aansluit bij de vroegere rechtsvorm van de CVBA, die niet langer bestaat.
Ook de verwijzing naar het nieuwe Wetboek van vennootschappen en vereniging is nieuw.
Wijziging artikel 3 – Maatschappelijk doel
Zoals gebruikelijk wordt het maatschappelijk doel geactualiseerd als gevolg van de uitbreiding van de dienstverlening op vraag van de deelnemers.
Concreet wordt de kostendelende dienstverlening door IOK van de gezamenlijke invulling van de verplichtingen en bevoegdheden in de handhaving milieu, uitgebreid met de kostendelende invulling van de gemeentelijke verplichtingen en bevoegdheden in de handhaving ruimtelijke ordening.
Wijziging artikel 6 – Hoedanigheid van de deelnemers
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 396 DLB.
Er wordt een mogelijkheid toegevoegd voor een Benelux Groepering voor Territoriale Samenwerking (BGTS) om toe te treden tot een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid.
Op die manier kan IOK ook Nederlandse gemeenten bedienen waarmee Vlaamse gemeenten structureel samenwerken.
Bij IOK is dit een theoretische mogelijkheid zonder actuele concrete invulling.
Wijziging artikel 7 – Maatschappelijk kapitaal en toereikend eigen vermogen
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 451 DLB.
In artikel 451 DLB wordt de bepaling van artikel 6:4 Wetboek van vennootschappen en verenigingen ingeschreven die bepaalt dat de vereniging moet beschikken over een eigen vermogen dat, mede gelet op andere financieringsbronnen, toereikend is in het licht van de bedrijvigheid.
Wijziging artikel 14 – Aanvraag tot toetreding
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 396 DLB.
Ook hier wordt de mogelijkheid van een aanvraag door een BGTS toegevoegd.
Wijziging artikel 16 – Uittreding
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 422 DLB.
Gelet op de vooropgestelde evolutie van de herindeling van het bestuurlijk landschap door de vorming van regio’s moet het voor een gemeente mogelijk zijn om in overeenstemming met deze herindelingen uit te treden uit een dienstverlenende vereniging, op voorwaarde dat de deelgenoten daar met een drievierdemeerderheid mee instemmen en er een eventuele schadevergoeding betaald wordt aan de vereniging en de andere deelnemers.
Ook wordt bepaald dat een nieuwe gemeente (na fusie) kan beslissen dat in het geval dezelfde activiteit van gemeentelijk belang aan verschillende dienstverlenende verenigingen is toevertrouwd, om die activiteit, voor haar gehele grondgebied, toe te vertrouwen aan één daarvan, op voorwaarde dat een gewone meerderheid van de andere deelnemende gemeenten daarmee instemt en een eventuele schadevergoeding wordt betaald aan de vereniging en de andere deelnemers.
De nieuwe gemeente kan er ook voor opteren om de betrokken activiteit voor het gehele grondgebied van de nieuwe gemeente geheel of gedeeltelijk in eigen beheer te nemen op voorwaarde dat een gewone meerderheid van de andere deelnemende gemeenten daarmee instemt en een eventuele schadevergoeding wordt betaald aan de vereniging en aan de andere deelnemers.
Wijziging artikel 27 – Organisatie vergadering
Een verder evoluerende digitalisering kan bijdragen aan een efficiënter besluitvormings- en beleidsproces.
Om die reden wordt in de statuten de mogelijkheid ingeschreven om digitaal of hybride te vergaderen door de raad van bestuur.
Een fysieke vergadering blijft de gebruikelijke vergaderwijze. Wel wordt expliciet bepaald dat wanneer de goede werking van de vereniging dit vereist, digitaal of hybride kan vergaderd worden.
Ook een eenparige schriftelijke besluitvorming is mogelijk, in uitzonderlijke omstandigheden wanneer de dringende noodzakelijkheid en het belang van de vereniging dat vereisen.
De werkingsmodaliteiten waaronder de digitale mogelijkheden om onder meer identificatie en (geheime) stemmingen te organiseren worden verder omschreven in het huishoudelijk reglement dat door beslissing van de raad van bestuur kan worden opgemaakt en gewijzigd.
Wijziging artikel 47 – Winstbesteding
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 397 DLB.
Ook hier wordt naar analogie met de wijziging in artikel 2 de verwijzing naar handelskarakter geschrapt.
Wijziging artikel 48 – Verlies
Deze wijziging is het gevolg van de wijziging van artikel 456 DLB.
De zogenaamde alarmbelprocedure wordt zoals gewijzigd in het Wetboek, ingeschreven in de statuten.
Het neemt de bepaling van artikel 6:119 Wetboek van vennootschappen en verenigingen over. Dit houdt in dat de raad van bestuur in de toekomst ook de ontbinding van de vereniging kan voorstellen als het netto actief negatief dreigt worden of geworden is. Vanzelfsprekend wordt een strikt besluitvormingsproces voorzien dat inhoudt dat de algemene vergadering hierover beslist onder de voorwaarden bepaald voor de statutenwijziging.
Als het saneringsplan niet of in onvoldoende mate wordt aanvaard kan door de toezichthoudende overheid dwangtoezicht worden toegepast.
De ocmw-raad neemt kennis van het activiteitenplan 2022 en sluit zich hierbij aan.
De ocmw-raad neemt kennis van de begroting 2022 en sluit zich hierbij aan.
Artikel 1
Hecht artikelsgewijs goedkeuring aan de voorgestelde statutenwijziging met daarin vervat:
– Wijziging artikel 2 - Rechtsvorm
– Wijziging artikel 3 – Maatschappelijk doel
– Wijziging artikel 6 – Hoedanigheid van de deelnemers
– Wijziging artikel 7 – Maatschappelijk kapitaal en toereikend eigen vermogen
– Wijziging artikel 14 – Aanvraag tot toetreding
– Wijziging artikel 16 – Uittreding
– Wijziging artikel 27 – Organisatie vergadering
– Wijziging artikel 47 – Winstbesteding
– Wijziging artikel 48 – Verlies
Artikel 2
Hecht goedkeuring aan het activiteitenplan 2022.
Artikel 3
Hecht goedkeuring aan de begroting 2022 en de hierin vervatte werkingskosten van de dienstverlenende vereniging IOK.
Artikel 4
De volmachtdrager wordt gemandateerd om conform dit besluit te handelen en te beslissen op deze buitengewone algemene vergadering.
artikel 21 decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
art 6.34 van de Vlaamse Codex Wonen;
We kunnen het volgende lezen in het huishoudelijk reglement Seniorenflats (Ter Driezen) -
( dit is gebaseerd op het huishoudelijk reglement van de Seniorenflats Ter Driezen, maar ook in de huurcontracten van de Kern Lindendijk zien we de opzeg van 3 maanden terug komen daar in art 2 voor zowel de flats als de seniorenwoningen )
Art 29 het staat iedere bewoner vrij de flat definitief te verlaten mits een opzegtermijn van 3 maanden die aanvangt de eerste dag van de maand volgend op de opzeg. De bewoner dient de opzeg schriftelijk aan het OCMW te richten.
En ook nog
Art 31 Enkel de OCMW- raad is bevoegd om, mits gemotiveerd verzoek, afwijking toe te staan op opzegtermijnen.
We kaartten dit ook al eerder aan op de gemeenteraad van september omdat wij van mening zijn dat dit geen sociale maatregel is. Als men plots als bewoner naar een woonzorgcentrum moet , dan moet men toch nog 3 maanden opzeg doen. Er is een mogelijkheid om een afwijking aan te vragen, maar dit is tot op heden zelden gevraagd geweest.
Deze procedure is te omslachtig en om het zo eenvoudig en sociaal mogelijk te maken, willen wij een aanpassing vragen op het bestaand reglement.
Als we kijken naar art. 6.34 van de Vlaamse Codex Wonen dan zien we daar duidelijk staan dat wanneer men naar een woonzorgcentrum gaat dat men dan een maand opzeggingstermijn heeft. Ook wanneer men gebruikt maakt van een woonondersteuning bij een aanbieder van niet rechtstreekse toegankelijke zorg of ondersteuning als bepaald door de Vlaamse regering.
We zien dat vele OCMW’s ook de opzegtermijn van 30 dagen hanteren.
Daarom willen wij ook voorstellen om het huishoudelijk reglement in die zin aan te passen en dit voor alle seniorenflats en seniorenwoningen van het OCMW . En dat men maximaal maar 1 maand moeten opzeggen als men verhuist naar een woonzorgcentrum of gebruikt maakt van een woonondersteuning bij een aanbieder van niet rechtstreekse toegankelijke zorg of ondersteuning als bepaald door de Vlaamse regering.
Voorstel tot besluit:
Art 1: we passen Art 29 uit het huishoudelijk reglement aan als volgt:
Het staat iedere bewoner vrij om de flat of woning definitief te verlaten mits een opzegtermijn van 3 maanden die aanvangt de eerste dag van de maand volgend op de opzeg. De bewoner dient deze opzeg schriftelijk aan het OCMW richten. Er is een uitzondering voor zij die naar een woonzorgcentrum verhuizen of gebruik gaat maken van een woonondersteuning bij een aanbieder van niet rechtstreekse toegankelijke zorg of ondersteuning als bepaald door de Vlaamse regering. Zij zullen maar 1 maand opzeg moeten doen. De bewoner dient deze opzeg schriftelijk aan het OCMW te richten.
En passen dit ook toe op de huishoudelijke reglementen van de seniorenflats en woningen in de Kern Lindendijk.
- Het art 6.34 van de Vlaamse Codex Wonen duidelijk is over het verhuizen naar een woonzorgcentrum
- De administratieve kant van de opzegging zo eenvoudig en duidelijk mogelijk moet zijn
raadslid Leen Kerremans (Leefbaar) stelt dat het artikel uit de codex wonen waarnaar verwezen wordt refereert naar sociale huur. Deze huurovereenkomsten die het OCMW heeft afgesloten ressorteren niet onder sociale huur. Dat zou trouwens betekenen dat mensen die bij het OCMW zouden huren geen eigendommen zouden mogen hebben. Wij hebben ervoor gekozen om in de reguliere huurwetgeving te blijven. Merksplas kent wel een huursubsidie toe bij wijze van sociale insteek. Zo krijgen 53 van de 59 bewoners een huursubsidie van het OCMW. Daarbovenop zouden de mensen nog een Vlaamse huursubsidie kunnen aanvragen;
burgemeester-voorzitter Frank Wilrycx (Leefbaar) herinnert aan de lage huurprijzen en wijst er op dat iemand die op de wachtlijst staat en als nieuwe huurder de woning zal betrekken op zijn beurt ook een huuropzeg moet betekenen. Wij willen deze regeling die destijds unaniem werd goedgekeurd op de raad behouden;
raadslid Tine Van der Vloet (N-VA) stelt dat het OCMW het inkomensverlies van de een of twee maand overbrugging tussen twee huurders op zich zou kunnen nemen. Het bestuur kan die keuze maken;
Dit agendapunt wordt verworpen.
Ingevolge artikel 31 en artikel 74 van het decreet lokaal bestuur en artikel 11 van het huishoudelijk reglement van de OCMW-raad wordt aan de raadsleden de mogelijkheid geboden aan het vast bureau vragen te stellen.
Namens OCMW-raad,
Dries Couckhuyt
Algemeen directeur
Frank Wilrycx
Burgemeester-Voorzitter